zondag 5 januari 2020

Nieuwjaarsbrief voor 2020


Mechelen, 5 januari ’20
Liefste vrienden

Als ik mijn nieuwjaarsbrief van 2019 herlees dan lijkt het alsof ik nipt strompelend het nieuwe jaar haalde.  Als ik mijn nieuwjaarsbrief van 2019 herlees, dan denk ik dat ik voorzichtig mag zeggen dat dit jaar een jaar van persoonlijke groei is geweest. Ik behaalde mijn master, begon prompt aan een volgende, leerde mijn maag en darmen gelukkig houden, werd verliefd op mijn eigen lichaam. Ik gaf een laatste handdruk aan mijn psycholoog, herontdekte waar ik gelukkig van werd, waar ik onrustig van werd. Ik leerde op wie ik kon bouwen en vertrouwen en ik moest mezelf opnieuw leren hoe je op mij kon bouwen en hoe je mij kon vertrouwen.

2020 mag in al haar schoonheid het jaar van persoonlijke bloei worden. Wie weet wat ons te wachten staat in dit jaar dat zo evenwichtig klinkt. Twintig-twintig, ook al beweert de Taalunie dat haar voorkeur uitgaat naar tweeduizendtwintig. Laat 2020 dan maar het jaar worden dat ik stevig met mijn voeten op de evenwichtsbalk sta. Mijn blik op oneindig, met een focus waar de Knack jaloers op zou zijn. Een perfecte balans tussen rust en activiteit, tussen intellect en dwaasheid. Een equilibrium tussen werk en ontspanning, tussen mezelf en de ander. Al mijn chakra’s in een lijn, zo recht en strak als de lederen evenwichtsbalk in mijn oude turnzaal waar de muren besmeurd zijn met krijt en het ruikt naar een mengsel van zweet en turnmatten of is het zweet in turnmatten.

Klinkt als een fantastisch jaar, niet? Nee, inderdaad niet. Laat ons even alles omdraaien. Misschien laat ik dit jaar het evenwicht aan de politiek en ga ik zelf even lekker een stukje radicaliseren. Alle grenzen toe voor pessimisten en doemdenkers. Mijn hart met prikkeldraad afgezet voor iedereen die er zomaar platvloers wil overstappen. Maar voor enthousiastelingen, voor bezielers, voor mensen die om mij geven, voor hen voer ik een extreem opengrenzenbeleid. Dit jaar ben ik de megalomane zot die toetert hoe geweldig ik het vind om om half elf 's avonds soep te maken en ik roep door mijn megafoon hoe rustig ik daarvan word. Ik trek mijn fluogewaad aan en hou een zitstaking omdat ik iedereen wil laten weten hoe fantastisch ik me voel. Misschien steek ik twee weken nadien een paar autobanden in de fik in het midden van de Grote Markt omdat iemand een klein gaatje in mijn prikkelbedrade hart wist te knippen. Maar bekijk mij zeker ook op het zevenuurjournaal waar ik achter Linda De Win loop te zwaaien met een groot kartonnen bord waarop “ik ben intelligent en grappig en ik weet het van mezelf” staat te lezen. Een halfuur later open je je Twitter en lees je 37 onsamenhangende tweets over alle podcasts waar ik naar luister en wat ik daaruit leerde. Ja, dit jaar trek ik partij voor mezelf en verkies ik mij tot president, tot dictator van mijn leven.

Dan rest mij enkel nog presidentieel iedereen gelukkig Nieuwjaar te wensen via mijn toespraak die op alle radiozenders en televisiekanalen tegelijk uitgezonden wordt. Ik sta op de poster in je klaslokaal en kijk diep in je ogen om je te steunen in alles wat je doet. Ik rinkel en tinkel met mijn kop op de 2-euromunt in je broekzak zodat je me nooit vergeet. Ik knipoog dictatorgewijs op de blikken koekendoos van Delacre met boven mij in zwierig handschrift “mijn beste wensen voor 2020”. 

Vanwege uw vriendin en immer uw kapoen
Eva